Zingeving

De plek

Je moet niet alleen, om de plek te bereiken,
thuis opstappen, maar ook uit manieren van kijken.
Er is niets te zien, en dat moet je zien
om alles bij het zeer oude te laten.

Er is hier. Er is tijd
om overmorgen iets te hebben achtergelaten.
Daar moet je vandaag voor zorgen.
Voor sterfelijkheid.

(Herman de Koninck)

In deze beschouwing benader ik een zingevingsproces met behulp van een ruimtelijke metafoor zoals deze door de Canadese filosoof Charles Taylor wordt gebruikt in zijn hoofdwerk Bronnen van het zelf (2007).

Zingeving als bestaansoriëntatie

Existentiële zingeving gaat om het zoeken naar en vinden van een antwoord op de vraag: Wie ben ik? Wie wil en kan ik zijn? Deze identiteitsvragen benadert Taylor vanuit een ruimtelijk perspectief; Waar sta ik? Welke plek zou ik in willen en kunnen nemen? Taylor toont het essentiële verband tussen identiteit en een bepaalde vorm van oriëntatie: ‘Weten wie je bent, betekent dat je je in de morele ruimte kunt oriënteren, een ruimte waarin zich vragen voordoen over goed en kwaad, over wat het doen waard is en wat niet, over wat van betekenis en gewicht voor je is, en wat onbeduidend en van ondergeschikt belang’ (Taylor, 2007, p. 70).
Identiteit hangt samen met de oriëntatie ten opzichte van het goede: ‘Mijn identiteit wordt afgebakend door de verbintenissen en identificaties die het kader of de horizon bieden waarbinnen ik van geval tot geval kan proberen te bepalen wat goed of waardevol is, wat gedaan behoort te worden, wat ik onderschrijf of waartegen ik me verzet’ (Taylor, 2007, p. 69). In de zoektocht naar het goede positioneren wij ons in de morele ruimte ten opzichte van de waardenhorizon. Ook al bewegen we ons door de ruimte, we nemen altijd een plek in.

Oriëntatie ten opzichte van het goede

Hoe bepaal ik mijn positie? Hoe kan ik mij oriënteren ten aanzien van het goede? Om deze vragen te kunnen beantwoorden maak ik gebruik van de ruimtelijke metafoor van Taylor. Ten eerste dienen we over een goede landkaart te beschikken, zodat ik op de hoogte ben van de ligging van het land om me heen en belangrijke locaties. Maar enkel met een goede kaart kom ik er niet; ik moet ook weten waar ik mezelf op deze kaart moet plaatsen. Wanneer ik daarentegen enkel mijn positie ken, maar niet over een kaart beschik, kan ik daar nog steeds weinig betekenis aan geven omdat ik deze niet in verband kan brengen met andere plekken in de mij bekende wereld (Taylor, 2007, p. 87).

Zowel de kaart als weten waar ik mij bevind zijn dus noodzakelijk om me te kunnen oriënteren. Taylor: ‘Onze oriëntatie met betrekking tot het goede vergt niet alleen één of meer referentiekaders die de vorm van het kwalitatief hogere bepalen, maar ook een besef van waar we ons ten opzichte daarvan bevinden’ (Taylor, 2007, p. 87). Taylor benadrukt dat het hier gaat om een van de meest fundamentele menselijke verlangens, namelijk de behoefte verbonden of in contact te zijn met het goede. Onze oriëntatie met betrekking tot het goede is essentieel voor het maken van keuzes. Hoe meer we in contact staan met datgene wat we als waardevol beschouwen, hoe groter de kans op een ervaring van zin. Taylor beziet de essentie van het leven vanuit de vraag hoe ik gesitueerd ben ten opzichte van het goede (Taylor, 2007, p. 88).

Oriëntatiekader: onze morele horizon

De uitgangsposities of gegevenheden van ons bestaan kunnen we niet veranderen. De waarden die we hieruit ontwikkelen door uitwisseling met onze primaire referentiegroep kunnen we wel herdefiniëren en onze positie ten opzichte van deze waarden herzien. In andere woorden: we bevinden ons onvermijdelijk in een morele ruimte, maar we kunnen wel onze positie ten opzichte van de morele horizon veranderen. Vanuit dit perspectief zou ik existentiële zingeving willen opvatten als een proces van oriëntatie en herwaardering van een of meerdere uitgangspunten of waarden waarop ons bestaan is gegrondvest. Deze waarden en uitgangspunten samen vormen het oriëntatie- of zingevingskader van waaruit iemand de wereld beziet.

teken je pad

Een nieuw perspectief zijn

Een mogelijke uitkomst van het proces van existentiële zingeving is een andere positie in de morele ruimte. Onze positie ligt nooit vast, iedere keer worden we weer uitgedaagd onze verhouding ten opzichte van het goede te vinden. Een andere plek maakt dat gebeurtenissen anders ervaren kunnen worden. Een herdefiniëring van een waarde of uitgangspunt biedt de mogelijkheid het leven vanuit een nieuw perspectief te beschouwen en ervaren. Het biedt de mogelijkheid een nieuw perspectief te zijn.

Literatuur

Taylor, C., Bronnen van het zelf – de ontstaansgeschiedenis van de moderne identiteit, (Lemniscaat 2007, Rotterdam)

Vos, B.J., Een familieopstelling als existentieel zingevingsproces – autonomie en verbondenheid bezien vanuit het familiesysteem, (Universiteit voor Humanistiek 2009, Utrecht)